Terug naar het overzicht

Tekst: Anneke Helder | Beeld: Meriam de Lange

 

“Ja, dat is wel onvoorwaardelijke liefde. Dat moet haast wel.”

 

José Provoost (38) aarzelt bij deze grote woorden. Ze is een nuchtere Friezin die sinds kort met man en zoon is teruggekeerd naar haar ‘roots’. Haar zus Floor was draagmoeder van haar zoon Floris, nadat Jose’s baarmoeder vanwege baarmoederhalskanker verwijderd moest worden. Een bijzonder verhaal dat ze niet zonder emoties kan vertellen.

 

Het begon zes jaar geleden, José was toen 32 jaar. Na een jaar van dokteren waarin zij na iedere controle weer naar huis werd gestuurd met geruststellende woorden, kreeg ze in december 2007 het bericht “je hebt baarmoederhalskanker”. Na aanvankelijke positieve berichten over de prognose en het behoud van haar baarmoeder, bleek na de eerste operatie dat het gebied niet helemaal schoon was. Haar baarmoeder moest in een tweede operatie alsnog verwijderd worden.

 

“Het is alsof de grond onder je voeten wegzakt.”

 

“Wij hadden een kinderwens; wij wilden heel graag kinderen”, vertelt José. Meteen nadat ze had gehoord dat ze baarmoederhalskanker had, zei Floor al: “Dan word ik jouw draagmoeder, mijn vierde zwangerschap is jullie kindje, ” Daar was volgens José geen speld tussen te krijgen. José wordt zichtbaar emotioneel als ze aan deze tijd terug denkt. “Dat raak ik ook niet meer kwijt, mijn hele leven lang. Dat is gebeurd en dat is zo heftig, daar kan ik niet zonder emotie over praten”.Voor Floor was het aanbod niet meer dan normaal; “Ik zou het nooit gevraagd hebben. Dat zou ik echt niet doen, het zou niet in mij opkomen”. Toen José wakker werd na de tweede operatie waarin de baarmoeder volledig was verwijderd zat haar zus Floor ook naast haar bed. Heel bijzonder, want ze zei meteen:

 

“Dus nu word ik jullie draagmoeder.”

 

Een dubbel gevoel, vertelt José. Enerzijds was net haar baarmoeder verwijderd en meteen zei haar zus dat ze draagmoeder zou worden. Verdriet en vreugde door elkaar.

20120911 Helder Advies – Jose Provoost

Het besluit van de twee zussen en hun echtgenoten, Niels en Niek, om het draagmoederschap te aanvaarden, is niet zomaar genomen. Aanvankelijk was José wat sceptisch; dat zegt ze nou wel, maar wil ze het ook echt? José en haar man Niels waren ook al gestart met een adoptietraject. Toch besloten ze gezamenlijk dat een biologisch eigen kindje heel erg fijn zou zijn. In het VUmc Amsterdam is het hoogtechnologisch draagmoederschap in gang gezet. Er ging een psychologisch begeleidingstraject van een jaar aan de zwangerschap vooraf. Kunnen de zussen dit aan? Kunnen de partners dit aan? Toen het ziekenhuis wilde meewerken is met behulp van IVF de zwangerschap tot stand gebracht. José zegt zelf dat ze geluk hebben gehad. Ze had haar eierstokken nog en zo konden haar eitjes bevrucht worden met het zaad van haar man. Vervolgens is het embryo in de baarmoeder van haar zus geplaatst.

 

Jose’s zus Floor heeft altijd gezegd dat ze haar neefje in haar buik ‘te logeren’ had. Zo legde ze dat ook uit aan hun 3 jonge kinderen. Het was niet haar kindje en zo voelde dat ook niet. Voor Floor was het belangrijk dat het kindje genetisch van José en haar man Niels was. José was ook altijd degene die in de buik contact maakte met de baby, dat deed haar zus niet. Met ontroering vertelt José hoe zij naast Floor lag tijdens de bevalling. Toen haar zoon geboren was (op 26-11-2010), kreeg zij de baby meteen op haar buik, niet haar zus. De beide partners waren er ook bij aanwezig. Begeleiding van het ziekenhuis na de bevalling hebben ze afgeslagen; dat was een juiste keus. Voor beide echtparen was het goed zo.

 

José en Floor hebben een hele goede band. Dat hebben ze altijd al gehad. Ze voelen elkaar aan, zonder dat ze elkaar dagelijks zien of spreken. “Daar zit het hem niet in; we hebben contact op de diepere lagen van onszelf.” José’s zoon heet Floris, vernoemd naar haar zus Floor. Het is een geschenk, een manier om de bijzondere band tussen haar zus en haar zoon te bevestigen. In die hele gelukkige maar ook verwarrende periode was José met van alles en nog wat bezig, maar niet met de vraag hoe ze zich voelde. Ze was naar eigen zeggen vooral bezig met overleven. José verwoordt het als ‘heel erg in haar hoofd zitten en niet echt voelen’. Niemand kon haar echt bereiken, ook haar man Niels niet. Dat was ook verdrietig voor Niels en leidde soms tot wederzijds onbegrip.

José vertelt dat ze tot een paar jaar geleden gewend was om alles weg te rationaliseren, ze ‘gewoon’ niet meer voelde als het leven te moeilijk werd. Dat ze haar gevoel helemaal kon uitschakelen. Na de operatie ging ze ook heel snel weer aan het werk; ze kochten een huis (in Utrecht nog) en José regelde de hele verhuizing. “Ik was erg goed in staat om weg te gaan bij de pijn; dat was mijn overlevingsstrategie”, zegt ze licht ironisch.

Maar dat ging op een gegeven moment niet meer. Ze werd moe, ging slecht slapen. Had eigenlijk geen zin meer in haar werk, dat ze voorheen met heel veel plezier had gedaan. Ze kreeg wat vage klachten en voelde zich moe en energieloos. Enerzijds kwam dat natuurlijk omdat ze twee zware operaties achter de rug had maar, zoals ze zelf zegt: “Als je altijd in je hoofd zit…dat kost heel veel energie.” Ze deed zich vaak beter voor dan ze zich voelde. “Ik verdiende veel geld, had een groot huis, reed rond in een dure leasebak, had alles goed voor elkaar. Maar het bevredigde niet meer.”Na gesprekken met een coach begon ze te beseffen: “Het zou wel eens goed zijn dat ik met mezelf aan de slag ga.”

José kwam bij een Haptonoom terecht. Die trok letterlijk aan haar vel – aldus José – en zei: “Blijf bij de pijn.” José kan haar eigen verbazing nog goed imiteren. Ze had geen idee waar de haptonoom het over had: “Voel jij je benen wel eens?” vond ze in die tijd ook een rare vraag van de haptonoom. Het duurde, kortom, even voor het kwartje viel, maar dat was de grote ommekeer voor José. De ommekeer naar een leven waarin ze gevoel kan toelaten, ook de pijn en verdriet. Ze zegt meteen dat ze er ook ontzettend veel voor terug heeft gekregen. Haar leven is zoveel voller en rijker geworden; ze beseft veel beter hoe gelukkig ze is met haar man Niels en zoontje Floris. Maar de verleiding om toch weer te ‘vluchten naar de ratio’ blijft als ze onder druk of stress komt te staan. José is in 2010 een mastercoachingsopleiding gaan volgen; ze wilde van betekenis zijn voor mensen. Zoals haar coach en haptonoom voor haar van betekenis zijn geweest. In de coachingsopleiding werd ze zelf eerst ‘door de mangel’ gehaald, zoals ze het zelf noemt. ‘Eerst jezelf goed leren kennen voordat je ander kan helpen’ is de visie van deze opleiding. “tijdens mijn opleiding werd ik continue gestimuleerd te reflecteren op mezelf. Hierdoor is mijn kennis over mezelf vergroot en durfde ik stappen te zetten.”

 

“Als je bewust voelt wat er in je omgaat, kun je niet meer terug.”

 

José heeft in die tijd veel gepraat met Niels, haar vader en vrienden. Toen Niels haar vroeg wat ze nu echt graag zou willen, wist ze het: geen zware financiële verplichtingen meer, een eigen coachingspraktijk beginnen, wonen in een rustige omgeving. Ze keerden terug naar Friesland, waar ze beiden vandaan komen. De jonge ouders kochten een oud huis uit begin van de vorige eeuw in Heerenveen. En zo heb ik een interview met José in haar praktijkruimte in aanbouw: een mooie lichte ruimte met openslaande deuren naar een veld Friese klei dat de tuin moet worden. Een prachtige ruimte waarin José in januari 2014 start met haar eigen praktijk Pro-reflectie. Ze heeft voor deze naam gekozen omdat reflectie het begin is van verandering. Zelfreflectie ziet ze als belangrijke sleutel tot verandering. Als je naar jezelf kunt kijken, dan ben je in staat tot verandering, is de opvatting van José. Reflecteren kan niet iedereen van nature, maar je kunt het wel leren wanneer je er voor open staat. Jose gelooft dat het vergroten van zelfkennis in grote mate bijdraagt aan geluk en succes.

 

“Als ik geen traumatische ervaring had gehad, had ik nu nog in mijn hoofd gezeten.”

 

Ze weet dat ze dan wellicht in haar oude leven was blijven ‘hangen’, zonder te weten waar vage gevoelens van onvrede vandaag waren gekomen. In die zin heeft de baarmoederhalskanker haar ook wat gebracht: “en dat voelt ook echt zo”, aldus José. Het enige waar José soms nog echt boos over kan worden is dat ze pas zo laat is behandeld, terwijl haar intuïtie aldoor al zei dat het niet goed was. Maar ze wil daar verder niet teveel bij stil staan. Uiteraard is er verdriet; José en haar man zouden graag een tweede kindje willen. Dat kan niet zomaar. Maar het diepgaand gevoel van geluk overheerst. Omdat ze veel meer in haar gevoel zit dan voorheen, kan ze haar geluk beter ervaren, legt José uit.
In het dagelijks leven wil ze zich vooral ‘matigen in de drukte’. Een mooie uitdrukking, vindt ze. Ze is haar man Niels dankbaar. Ze kon dit hele proces aangaan, in de eerste plaats omdat hij haar steunde, terwijl het voor hem ook moeilijk is geweest.

 

“Wij zijn dit proces samen aan gegaan en dat moest hij ook maar kunnen.”

 

En daarmee sluiten we het gesprek af; Jose’s schoonmoeder komt binnen en heeft net een verdrietig bericht ontvangen. Jose wil er zijn voor haar schoonmoeder; gezin en familie is voor haar belangrijk.

Basiscursus individueel lotgenotencontact

Via de Nederlandse Federatie van Kankerpatiëntenorganisaties heeft Olijf, (netwerk van vrouwen met gynaecologische kanker) gevraagd om een in-company training (telefonisch) lotgenotencontact voor het gehele team. Deze training heeft een specifiek karakter omdat teambuilding en organisatie van het lotgenotencontact een eigen plaats innemen tijdens de cursus naast de gebruikelijk inleidingen over ervaringsdeskundigheid, effectieve communicatie, grenzen stellen en omgaan met emoties. Omdat in deze training de deelnemers allen gynaecologische kanker hadden, was er al snel een hoge mate van intimiteit wat tot mooie resultaten heeft geleid. Voor de Nederlandse Vereniging van Kankerpatiënten (NFK) heb ik in 2012 de trainingen ‘Basiscursus individueel lotgenotencontact’ verzorgd. De cursussen heb ik zowel in twee losse dagen gegeven als tijdens een weekend met overnachting. In 2013 heeft de NFK deze cursussen overgeheveld naar PGO support, waar Greetje Hingstman en Anneke Helder deze trainingen als sinds jaren verzorgen.